Hulp bij slaapstoornissen

Slaapstoornissen

 

Er bestaat overtuigend klinisch bewijs dat slaapstoornissen goed behandeld kunnen worden met behulp van neurofeedback. Ten aanzien van slaapstoornissen bij volwassenen bestaat er veelbelovend bewijs voor de behandeling van inslaapstoornissen en stoornissen door ademproblemen (apneu) tijdens de slaap. Maar ook goede resultaten kunnen worden behaald bij slaapproblemen die gerelateerd zijn aan neurologische ontwikkelingsstoornissen op de kinderleeftijd, of die gerelateerd zijn aan aandachttekortstoornissen, bedplassen, slaapwandelen en praten in de slaap, nachtelijke angsten, angstgerelateerde inslaapstoornissen, en andere inslaapstoornissen. Vaak zijn slaapproblemen een secundair (bijkomend) probleem, terwijl de primaire klacht een andere is. Slaapproblemen komen bijvoorbeeld vaak voor bij epilepsie, angststoornissen en depressie, licht traumatische hersenbeschadigingen, hyperactiviteit en aandachttekortstoornissen, chronische pijn, chronische vermoeidheid en het Tourette-syndroom. Zelfs als een slaapstoornis niet de eerste centrale (aanmeldings)vraag bij neurofeedback is, wordt dit wel heel vaak een onderwerp van gesprek bij de intake (dit is het diagnostisch gesprek dat altijd voorafgaat aan de neurofeedbacktrainingen). Slaapproblemen worden in eerste instantie vaak gemeld als een vorm van ontevredenheid met betrekking tot de kwaliteit van de slaap (hoe en hoelang men slaapt). We zijn er inmiddels zeker van dat met behulp van neurofeedback de zelfregulatie van de hersenen en daarmee de fysiologische alertheid en waakzaamheid wordt verbeterd. De effecten van een verbetering ten aanzien van het slapen kan op een zelfde wijze worden verklaard. In het geval van onvoldoende zelfregulatie van de hersenen lijkt het zeer aannemelijk dat daarbij ook het niveau van het arousal (waakzaam- en alertheid) zal worden beïnvloed tijdens de slaap in het algemeen, maar vooral ten aanzien van het overgangsgebied dat tussen waken en slapen ligt (het overgangsmoment waarop men wakker en het moment dat men net niet meer wakker is). Bedplassen is een vaak voorkomend probleem. Bedplassen komt vaak voor als symptoom bij lichte neurologische afwijkingen, maar kan bijvoorbeeld ook gerelateerd zijn aan spanningen in de situatie thuis of op school. Bij meer dan 90% van de kinderen onder 12 jaar die hier last van hebben, wordt een verbetering verwacht binnen de eerste twintig trainingssessies. Bij oudere kinderen en volwassenen is het probleem wat hardnekkiger; er kunnen meer sessies noodzakelijk zijn dan bij jonge kinderen. In mindere mate zien wij gevallen van slaapwandelen, praten in de slaap en nachtmerries. Ondanks dat worden er ook verbeteringen gezien bij al deze klachten. Buitensporige angsten over het in slaap vallen, of over het uitsluitend kunnen (durven) slapen in het eigen bed laten gewoonlijk een snelle verbetering zien na het begin van de neurofeedbacksessies. Er bestaat een verband tussen inslaapstoornissen en bewustzijnsstoornissen zoals angst en depressie. Het succes van neurofeedback in het bevorderen van de zelfregulatie van het bewustzijn zou daardoor, zoals je zou verwachten, een verbetering in de slaapregulatie moeten laten zien. Dit is ook precies het resultaat. Van slaapapneus (het even ophouden van de ademhaling gedurende de slaap) wordt algemeen aangenomen dat dit een centraal neurologische oorzaak en een belemmerende lichamelijke component heeft. Het laatste ten gevolge van het feit dat er een samenhang bestaat met obesitas (zwaarlijvigheid). Obstructieve slaapapneus worden traditioneel chirurgisch (operatief) behandeld, maar met magere resultaten. Hierdoor worden operaties door de chirurg steeds minder gebruikt en neemt het gebruik van ademhalingstoestellen toe. Deze apparaten zorgen s’ nachts voor een constante positieve druk op de luchtwegen (CPAP). Neurofeedback is succesvol gebleken bij het verhelpen van de apneus bij volwassen mannen. Dit zelfs zonder dat aan andere condities dient te worden voldaan: zoals gewichtsverlies. Als bron van het probleem wordt een corticale onderprikkeling van de hersenen verwacht. Slechts een aantal gevallen zijn bestudeerd.